Blogserie: De wereld van Community management – 2

In gesprek met Kirsten de Vette: Hoe houd je het netwerk actief en levend?

Duik met ons in de kern van community management. Wij, Julian Werner en Eva Terpstra, zijn op zoek naar het antwoord op de vraag ‘Hoe creëer ik een lerend netwerk?’. De komende periode gaan wij in gesprek met ervaringsdeskundigen over de uitdagingen die wij tegenkomen in ons werk.

Voor deze blog gingen we het gesprek aan met Kirsten de Vette, ervaren community manager en facilitator in de (internationale) watersector. We gingen in gesprek over de vraag: Hoe houd je het netwerk actief en levend? Een vraag die blijft terugkomen in het werk als community manager, ook als je al een tijd in het vak zit. Haar tip? Vind de personen met motivatie en ontdek wat hun motiverende factoren zijn. Dit is cruciaal voor de opzet en het behoud van een actief netwerk.

  1. De vorm van community die je kiest heeft invloed op de doelen die jij en de deelnemers nastreven.
    Een community kan verschillende vormen aannemen, variërend in mate van samenwerking en activiteit. Deze vormen van community streven verschillende doelen na en worden daarom anders ingevuld. Het is belangrijk duidelijk te zijn over het type netwerk waarbinnen gewerkt wordt. Zo weten de deelnemers wat ze van het netwerk kunnen verwachten. Een belangrijk onderscheid is ‘community’ of ‘Community of Practice’. Een ‘gewone’ community heeft kennisuitwisseling als doel. De verspreiding van kennis staat centraal. Dit type netwerk heeft een open karakter. Het is voortdurend toegankelijk voor nieuwe partijen. Deelnemers hebben verscheidene rollen. Niet iedereen hoeft actief bij te dragen. Zo zijn sommige deelnemers passiever, zij ontvangen vooraf vergaarde informatie. Een Community of Practice is een specifieke vorm van community met als doel vraagstukken beantwoorden, innoveren en samen aldoende leren. Het is een actief netwerk, bestaande uit een afgebakende deelnemersgroep die zich richt op een concreet onderwerp. De deelnemers hebben veel eigenaarschap, zijn zelf verantwoordelijk voor de te bespreken onderwerpen en delen hun eigen praktijkkennis en ervaringen. Deelnemers werken langere tijd samen aan oplossingen voor gedeelde vraagstukken.
  2. Deelnemers hebben ieder hun eigen mate van (gewenste) betrokkenheid, zorg dat hier ruimte voor is.
    Een community bestaat uit verschillende typen deelnemers met ieder hun eigen mate van betrokkenheid. Wees je bewust van de deelnemertypen die je wilt aantrekken en bied ruimte aan verschillende manieren van betrokkenheid. Aan de ene kant staat de lezer. Deze persoon ontvangt informatie die door het netwerk gecreëerd wordt en leest op de achtergrond mee via bijvoorbeeld een nieuwsbrief. Een lezer draagt niet actief bij aan een netwerk, maar is wel lid. Aan de andere kant staat de kerngroep van het netwerk. Dit is iedereen de actief deelneemt aan werkgroepen en commissies. Zij zijn onderdeel van de vormgeving van het programma en actief betrokken bij onderzoek en kenniscreatie. Tussen de lezers en kerngroep staat een groep die selectief bijdraagt aan het netwerk. Zij doen af en toe een stap naar voren, bijvoorbeeld alleen online of op specifieke thema’s.
  3. Deelnemers hebben verschillende motiverende factoren, hoe meer van deze factoren aanwezig zijn in het netwerk, hoe hoger de activiteit.
    De verschillende deelnemertypen hebben verschillende behoeften en verwachtingen van het netwerk. Ook de ‘motiverende factoren’ – de reden waarom deelnemers betrokken willen zijn of juist niet – variëren. Voorbeelden hiervan zijn professionele ontwikkeling, netwerkmogelijkheden, toegang tot middelen, kansen en informatie, en zichtbaarheid van de deelnemer en diens bedrijf. De aanwezigheid van deze motiverende factoren bepaalt of deelnemers bijdragen aan het netwerk en in welke mate ze dit doen. Het is daarom belangrijk om te weten wat de deelnemers motiveert en te zorgen dat de juiste stimulans in het netwerk aanwezig is.
  4. Iedere community heeft een gemotiveerde kerngroep die het netwerk op gang kan brengen, zet deze groep in.
    Wanneer de community een actieve kerngroep bevat die gemotiveerd is om bij te dragen aan het doel, kan hier gebruik van worden gemaakt om het netwerk te laten leven. Zij willen zich inzetten om een programma op te bouwen en nieuwe inzichten te genereren waardoor het programma zichtbaar wordt. Hiernaast kan hun energie aanstekelijk werken op passievere of potentiële leden. Zet dus in op energie en koppel dit terug aan het bredere netwerk.

De gouden tip van Kirsten

Vind de personen met motivatie en ontdek wat hun motiverende factoren zijn. Dit is cruciaal voor de opzet en het behoud van een actief netwerk.

 

In de komende blogs nemen we jullie verder mee op onze ontdekkingsreis. We bezoeken projecten, spreken met ervaringsdeskundigen en experts, en gaan zelf aan de slag met tools en oplossingen. Benieuwd naar wat we uitvinden? Blijf ons dan volgen in deze serie blogs.

Julian en Eva

Blogserie: De wereld van community management met Julian en Eva

Duik met ons in de kern van community management. Wij zijn op zoek naar het antwoord op de vraag ‘Hoe creëer ik een lerend netwerk?’. De komende periode gaan wij in gesprek met experts en ervaringsdeskundigen over de uitdagingen die wij tegenkomen in ons werk als community managers.

Community management met Julian en Eva

Heb je nog vragen?

Neem contact met ons op.

ADVIES AANVRAGEN

Heb je nog vragen?

Neem contact met ons op.

ADVIES AANVRAGEN